Verdwenen Boerderij De Hoekenkamp – Hoekenkamp 5
Vroeger werd dit boerderijtje De Hoekenkamp genoemd, maar voor de Tweede Wereldoorlog noemden de bewoners van de buurtschap De Hoekenkamp het boerderijtje Zeldenrust. De Hoekenkamp was het laatste boerderijtje van de Maarnse eng dat destijds nog overgebleven was. Dit was een belangrijke reden waarom het op de concept-gemeentelijke monumentenlijst werd geplaatst. Met name de combinatie van het boerderijtje met het aangelegen land was bijzonder waardevol. Daarom werd er naar gestreefd om dit geheel van boerderij en akker te beschermen en te bewaren.
Het oorspronkele pand werd meerdere malen verbouwd (met name de achter- en zijgevel(s)), waardoor het moeilijk is te dateren. Waarschijnlijk is het aan het begin van de negentiende eeuw gebouwd op de huidige plek. Het kleine, witgepleisterde boerderijtje was zeer karakteristiek voor Maarn en omgeving. Het werd in 2012 gesloopt en vervangen door enigszins historiserende nieuwbouw, waarmee de laatste boerderij van de Maarnse Eng verdween.
Het is een gemengd bedrijfje geweest. Dit betekende dat er naast vee (enkele koeien, varkens, een paard en wat kippen) ook akkerbouw plaatsvond. Van oudsher werden er op de Maarnse zandgronden voornamelijk rogge en wat haver (voor de paarden) verbouwd. Omstreeks 1400 werd een nieuw gewas geīntroduceerd, dat een vooraanstaande plaats zou gaan innemen op de Heuvelrug: boekweit. Boekweit betekent eigenlijk beuk-tarwe. Het wordt zo genoemd vanwege de vorm van de vruchten die aan de plant groeien. Tot het einde van de negentiende eeuw bleef de boekweit een belangrijk bestanddeel van het voedsel voor de inwoners van Maarn (in pap en pannenkoeken). De boekweitteelt stimuleerde de boeren ook om een andere neventak te ontwikkelen: de bijenhouderij. Men hield bijen voor het verkrijgen van honing, omdat suiker als zoetstof nog onbekend was. Van de bijenwas werden kaarsen gemaakt. De opbrengst van boekweit hangt af van de mate waarin bijen voor bestuiving weten te zorgen. Door de opkomst van de kunstmest aan het einde van de negentiende eeuw namen andere gewassen snel de plaats van boekweit in. Na de Tweede Wereldoorlog verdween het gemengde karakter van de Maarnse boerderijen en schakelde men geheel over op veeteelt.
De akker bij De Hoekenkamp is nog steeds bouwland. De eigenaar heeft zich samen met de Vereniging Maarn-Maarsbergen Natuurlijk ingezet voor de voortzetting van het oorspronkelijke gebruik van de akker. Jaarlijks wordt rogge gezaaid, welke in juli wordt geoogst. De akker heeft naast een cultuurhistorische waarde, een hoge botanische waarde, omdat er geen bestrijdingsmiddelen worden toegepast. Zo kan men ieder jaar genieten van de vele korenbloemen tussen de rogge, maar er groeien ook zeldzame planten als korensla en leeuwentand. Op de grens van de akker en weg zijn nog restanten te vinden van een vlechtheg. Deze werden vroeger gebruikt om de akkers te beschermen tegen wildvraat.
Referenties
- Maarn, geschiedenis en architectuur, pag 118.
- De Marke Mandron/Manderen, pag 25.
- CHC Collectie, foto’s van de Hoekenkamp in 2013 vķķr en tijdens de sloop en 2013.