Voormalige Boerderij de Cruijvoort – Rijksmonument 508998-9000, 509673, Maarnse Grindweg 49
Boerderij De Cruijvoort wordt voor het eerst genoemd in 1716. De Cruijvoort is een goed bewaard gebleven traditioneel boerderij-complex van het gemengde bedrijf met bakhuis, varkensschuur, wagenloods en vierroedige hooiberg. In 1889 gaf jhr. mr. K. A. Godin de Beaufort opdracht De Cruijvoort zeer ingrijpend te verbouwen. Onderdelen van de 17e eeuwse voorganger zijn nog aanwezig, waarover later meer. De Cruijvoort is tot 1982 als gemengd boerenbedrijf in gebruik geweest. Nu is het een woonhuis-boerderij. Het boerderij-complex is in 1998 aangewezen als rijksmonument.
De Cruijvoort is een hallehuisboerderij, onder een met grijze Hollandse pannen gedekt zadeldak met wolfseinden. De symmetrisch ingedeelde voorgevel wordt afgesloten door een decoratieve windveer. Boven het gepleisterde en geschilderde plint bevinden zich drie 6-ruits draaivensters geflankeerd door twee kleinere vensters. Op de verdieping bevindt zich een klein draaivenster. De paneelluiken zijn geschilderd in de kleuren van Kasteel Maarsbergen. De achtergevel heeft nog de traditionele indeling met achterbaander (de grote deeldeuren), mestdeuren en zolderluik. In de boerderij bevindt zich een fraaie halfverdiepte tongewelfkelder. In deze kelder is nog een kaaspekelbak met geglazuurde plavuizen aanwezig. Ook bevindt zich in de boerderij een schouw met ovenbogen uit een voorgaande bouwfase.
Rechts van de boerderij bevindt zich een prachtig bakhuis met een oude leilinde er voor. Het dateert uit het begin van de negentiende eeuw. Het bakhuis is een stenen gebouwtje, met pannen gedekt, bestaande uit één vertrek. Aan het ene einde (achterzijde) van het vertrek bevindt zich de bakoven. Dit is een lage gewelfde en gemetselde ruimte, die afgesloten wordt met een ijzeren deurtje, ongeveer één meter boven de vloer. Aan de voorzijde van het vertrek zit een tamelijk grote vensterpartij met daarboven een wenkbrauw waardoor het vertrek zijn licht ontvangt. Daarboven is nog een rond venster met daarboven een wenkbrauw. Tegen de achtergevel is een “gemak” (of plee) onder een lessenaarsdak aangebracht.
Het verhitten van de oven deed men met takkenbossen. Gedurende het stoken werd het vuur aanhoudend geroerd en gelijkmatig over het oppervlak van de ovenvloer verdeeld. Van groot belang was daarbij, het vuur naar voren in de oven te halen, daar het voorste gedeelte door de binnenstromende koude lucht anders te weinig en het achterste deel teveel verhit zou worden. De rook verdween via de open ovenmond door de schoorsteen. Om te constateren of de oven voldoende heet was, wierp de boerin er een handjevol droog meel in. Wanneer dit dadelijk ontvlamde, dan was de ovenlucht op de vereiste temperatuur gebracht.
Was de oven op de vereiste hitte gebracht dan werd het oppervlak van de ovenvloer schoongeveegd. Hierna werd het gerezen deeg (soms in blikken) erin geschoven met een lange stok met een breed uiteinde. Dan werd, om afkoeling zoveel mogelijk te voorkomen, het ovendeurtje zo snel mogelijk gesloten.
Zoals reeds eerder is vermeld, is De Cruijvoort in 1889 grotendeels gesloopt en daarna weer opgebouwd. Delen van de vorige bouwfase zijn nog aanwezig zoals de voorgevel, de stenen brandmuur met grote schouw, met daarin oude ovenbogen, de oude estriken vloer onder de houten vloer in de voorkamer, de halfverdiepte tongewelfkelder met opkamer en delen van de zijmuren. Rond de Cruijvoort ligt een karakteristiek aangelegd boerenerf.
Typerend voor het boerenerf is de verdeling in “voor” en “achter”. Voor bevindt zich de hof met moestuin, siertuin en hoogstamboomgaard. De hof wordt omzoomd door een beukenhaag. In de boomgaard staan diverse oude appel- en perenrassen. Achter bevindt zich de werkruimte in de vorm van stalling, bergruimte, etc.
Over de naam Cruijvoort is het volgende bekend. Het tweede deel van de naam, voort, slaat op voorde (doorwaadbare plaats). Deze doorwaadbare plaats lag midden in het plassengebied waarin de Cruijvoort lag, voordat de ontwatering sterk werd verbeterd. Cruij of Cruy komt hoogstwaarschijnlijk van het middeleeuwse woord ‘cruden’ (kruien). De vroegere betekenis van dit werkwoord was een handkar of duwkar voortduwen. Bij de Cruijvoort was voor de bouw van de boerderij (en misschien ook nog wel lange tijd daarna) een doorwaadbare plaats waar ook vervoer met een hand- of duwkar mogelijk was.
Referenties
- De Historische Buitenplaats Maarsbergen, pag 16.
- Boerenbouw en Herengoed, pag 40.
- De Heerlijkheid van Maarsbergen, pag 50.
- Maarn, geschiedenis en architectuur, pagina 160.
- CHC Collectie: eerste twee foto’s zijn uit 2007, de derde open monumentendag 1999 en de vierde open monumentendag 2012 waar boer Erik Somsen uitleg geeft aan schoolkinderen.
- Wikipedia Lijst van rijksmonumenten in Maarsbergen.